skip to main |
skip to sidebar
and time ain't no friend,
no friend at all, we agree.
slowly sink away.
in delirium
oblivious for a moment
then time slowly comes
waar het om gaat is
hoe goed je door het vuur loopt
en weer terug komt
terug in de tijd
zo ver als gisteren reikt
en nog veel verder
hoe klein is een weps?
percies, niet groter dan jou,
klein beesje ben je!
hoe ver staat de zon?
als een minuut genoeg is,
hoe lang is een dag?
dan, in een ruimte,
als, in vlammen opgaan, dan,
en de geur van gras.
ochtend, buitenlucht.
here is looking at you, kid!
als gebrand in glas.
ik adem uit, toen
en wakker dan de nacht aan
de dag? gedachte
al wat ik nu draag
is al in het bos geweest;
enkel het duister.
het warm en loom lonkt
uit de diepte van de knop:
de kamperfoelie.
de tuin, misère;
winter is dan zo een draak
waar je niet mee steekt.
wij delen de lucht
die in en uit, in en uit.
jouw deel omarmt mij.
desolate nacht
sluit een koud pact met de dag;
onzichtbare muur.
desolate nacht
stopt de zee stil-dreigend in;
een grijze deken.
er is niet veel over
van wat ik naar het bos draag.
maar, het meest nog jij.
na het donker van de nacht
is de kleur van de winter
gekleurder dan ooit.
als de dag nacht wordt,
of ergens daar tussenin,
dan zien wij elkaar.
koffie met slagroom,
overdreven stuk sneeuwster;
het lijkt wel zondag.